TeamNL atleten in Japan voor meer inclusieve sport

De Paralympische Spelen van Tokio zijn al anderhalf jaar geleden geweest, toch waren een aantal Nederlandse atleten en experts afgelopen week opnieuw in Japan. Ze waren daar met een speciale missie: laten zien dat je met een beperking ook heel goed kunt sporten. In Japan is dat namelijk nog niet zo bekend als in Nederland. Het Game Changer project van NOC*NSF heeft daar de afgelopen jaar verschillende activiteiten voor georganiseerd om daar verandering in te brengen.

De Nederlandse atleten en andere vertegenwoordigers van TeamNL zijn sinds 2017 vaker in Japan geweest, ook buiten de Paralympische Spelen. Het Game Changer-project had namelijk als doel om meer mensen met een beperking te laten deelnemen aan de Japanse samenleving. Afgelopen week werd het project afgerond in Tokio met onder andere een bezoek aan een school.

Voorzichtig

Rita van Driel, die de delegatie leidde, vertelde op Radio 1 wat ze daar kwamen doen. “We willen kinderen inspireren zodat ze begrijpen dat mensen met een handicap van alles kunnen en zelfs heel goed kunnen sporten. Wat ik geleerd heb is dat ze hier eigenlijk veel te voorzichtig zijn om mensen met een handicap aan te spreken. Dat komt voort uit het feit dat ze niks fout willen doen. Wij laten ze gewoon samen sporten en daardoor merken ze dat er niks bijzonders aan is.” Zij merkte bij haar reizen naar Japan dat in het Aziatische land nog een stigma heerst op mensen met een beperking. “Die mensen komen het huis niet uit. Met het Game Changer-project laten we kinderen echte paralympische atleten ontmoeten. Mogelijk leidt dit op de langere termijn tot een meer inclusievere samenleving.”

Wedstrijdje tegen Rogier Dorsman

Zwemmer Rogier Dorsman was een van de Nederlandse atleten die vorige week was gereisd. Hij zwom een wedstrijdje tegen basisschoolkinderen in Tokio. “We willen duidelijk maken aan de kinderen hier dat als je een beperking hebt of als je iets mankeer dat je nog steeds van alles kunt doen.” Voor hem geldt dat hij sinds zijn twaalfde nog maar 1 tot 2 procent kan zien.

Stappen zetten

Het zwemmen ging trouwens prima, meldde hij op de radio. “Ik kon ze hebben”, zei hij lachend. “Ik hoop dat ze iets geleerd hebben. Voor hen is het een onvergetelijke dag. Ik ben blij dat ik hieraan bij heb mogen dragen. Ik denk dat we in Nederland heel ver zijn, ik ben blij dat we hier kunnen helpen om hier ook stappen te zetten dat het hier ook steeds beter gaat.”

Lees meer over dit project bij NOCNSF.nl